Evenwichtige uitvoering met kleine verrassingen
Door Jeanette Vergouwen
Een van de geliefde uitvoeringen van de Matthäus Passion van Bach is deze van de Nederlandse Bachvereniging. Dit is mede te danken aan het feit dat de vereniging regelmatig kiest voor een andere dirigent. Daardoor zijn er elk jaar summiere, maar wel essentiële verschillen. De dubbelkorigheid van de compositie was transparanter omdat de kwartetten solisten 1 en 2 toegevoegd werden aan de repiënisten. Dus de twee koren bestonden ieder uit acht (solistische) vocalisten.
Nadeel in Aardenburg is, dat het koor zo smal is dat de vocalisten (te) ver van elkaar staan en daardoor klonken de stemmen niet altijd homogeen. Maar een kniesoor die daar aan tilde. Echt jammer was dat de evangelist Jan Kobow zijn partij zong vanaf de kansel. Het klankbord boven zijn hoofd smoorde de klanken en ik hoorde in de pauze dat de mensen die achteraan zaten hem minder goed hoorden. Hij zong met veel dramatiek en vertelde echt. Soms maakte hij gebruik van triple piano en was dan zelfs vooraan nauwelijks te verstaan. Peter Harvey bracht de Christusrol genuanceerd en met gedoseerde dramatiek. De mannelijke alten Dimitry Egorov en William Towers overtuigden beiden ten volle. Ook bas Markus Flaig bracht zijn aria’s intens en zuiver. De tenoren Charles Daniels en Julian Podger brachten de aartsmoeilijke aria’s met verve.
Luisteren naar de Matthäus is als verkeren in een andere wereld. Elke bezoeker luistert met zijn eigen intentie, en die zijn meestal heel verschillend. ‘Ik zou alle koralen kunnen meezingen’, meende iemand. De koralen zijn inderdaad zo geschreven dat de gelovigen ze zouden kunnen meezingen. Maar in de versie die Junghänel leidde, zou dat niet gemakkelijk geweest zijn. De koralen kregen stuk voor stuk een aparte invulling. Junghänel laste regelmatig een extra rust in en daardoor werden alle zinnen genuanceerd vertolkt van zacht naar luid, soms ingetogen, soms dramatisch. De turbae waren imposant.
O.l.v. Junghänel, specialist van oude muziek, was de uitvoering van de Matthäus sereen en vooral evenwichtig. Het openings- en slotkoor van deel 1 klonken uitgebalanceerd en de inbreng van de vier jongens was krachtig en mooi.
De solistencast was van topkwalitatief. De aria’s Erbarme dich, Aus Liebe en de koraal O Haupt voll Blut, waar velen in het publiek toch elk jaar op zitten te wachten, werden met de juiste emotie vertolkt.
Wat vooral schitterend was in deze uitvoering waren de instrumentale obligate partijen. De traversopartij en die van de oboe’s da caccia in de aria Aus Liebe zorgden voor kippenvel. Ook waren de vioolsolo’s (Erbarme dich en Geb mir meinen Jesu wieder), de felle gestoken cellotonen bij de aria Geduld en de verbluffend knappe gambabegeleiding bij de aria Komm süsses Kreuz, indrukwekkend.
Het slotkoor met het indringende Ruhe sanfte, sanfte Ruh werd met gevoel en finesse gebracht. ‘Ik moet altijd even bijkomen’, verzuchtte een bezoekster na afloop. ‘Echt even van heel hoog terug met de benen op de grond komen.’
Matthäus Passion van Bach
Door de Nederlandse Bachvereniging, Kampen Boys Choir en solisten o.l.v. Konrad Junghänel. Gehoord op zaterdag 16 april in de Sint Baafskerk in Aardenburg.
Foto: Konrad Junghänel