Recensie Matthäus Passion 1999

Recensie Matthäus Passion 2000
september 26, 2019
Sigiswald Kuijken
Recensie Matthäus Passion 1998
september 26, 2019
Conductor Hans-Christoph

Conductor Hans-Christoph (Courtesy Philharmonic Society)

Matthäus Passion vol contrasten en emotie

 

Door Jeanette Vergouwen

 

De jonge dirigent Hans-Christoph Rademann slaagt erin om een Matthäus Passion van Bach te leiden die vol contrasten zit. Hij werkt enorm op de tekst en haalt de vele emoties in de aria’s en koren extra naar voor. Hij modelleert als het ware de muziek en heeft veel oog voor de details. Dat is vooral duidelijk in de aria’s, waarbij de obligate instrumentale partijen extra goed uitkomen. Opvallend is de prestatie van beide orkesten en de vele instrumentale soli. Dit levert onge­kend mooie momenten op. De subtiele vertol­kingen van traver­so, oboe d’amore, viool en gamba zijn van hoge kwaliteit.

Interpretatieve verschillen zitten vaak in de recita­tieven met bij­belteksten en de koralen. Rademann werkt echter vooral met tempoverschillen. Het eerste deel wordt gebracht in een tempo waarbij het zingen van de aria’s bijna trapeze werk wordt zonder veiligheidsnet en het tweede deel wordt ge­bracht in een opvallend sereen tempo, met enkele  tergend langzame uit­schie­ters. Als je dan de dynamiek, emotie en dramatiek in het werk analy­seert, valt op dat Rademann een eerlijke en menselijke inter­pretatie geeft van een dramatisch verhaal. Een verhaal waarvan iedereen de inhoud kent en waarin de solisten in hun aria’s de meest emotionele momenten uitvergroten.

Rademann plaatst de evangelist en het BC-instrument bij uit­stek, de cello, centraal. Daardoor overheerst de cellopartij soms en verflauwen de bijdragen van fagot, contrabas en orgel.  De dubbelkorigheid mag mijn inziens in het eerste deel punti­ger en met meer dramatiek. De koralen worden sereen en vooral erg mooi gezongen. De koren krijgen in het tweede deel een veel dynamischere invulling, waardoor enkele extreme stiltemo­menten beter tot hun recht komen. Overigens wordt er erg vrij omgesprongen met vertragingen en accelerando’s.

De solistencast is niet optimaal. Wel passen de timbres mooi bij elkaar. Het vibrato is weer duidelijk terug in de barokin­terpretatie. Vibrato moet kunnen, maar zowel bij de alt als bij de bas was deze te groot. Countertenor Andreas Scholl liet, wegens familieomstandigheden, twee maanden geleden ver­stek gaan. Dit is jammer voor vele muziekliefhebbers, die houden van strak­ke, mooi kleurende altustonen. Elisa­beth von Magnus slaagt er niet in dit gemis te compenseren. Zij maakt te weinig gebruik van haar kopstem om echt te overtuigen. Jochen Kupfer zet een prachtige Christus neer, gevoelvol en mense­lijk. Evangelist Nico van der Meel moest, vanwege ziekte van tenor Ullmann, ook de twee tenoraria’s vertolken en dat was er teveel aan. Zijn stem sloeg enkele keren over en heeft niet de zacht heldere toon die ik graag bij een verteller hoor. In­drukwek­kend zijn de sopraanaria Aus Liebe (Vasiljka Je­zovsek) en de basaria Mache dich, mein Herze, rein (Gotthold Schwarz). Een opmer­ke­lijke Matthäus, met vooral prachtige momenten in het tweede deel.

 

M­atthäus Passion – van J.S. Bach – door Koor en Barokorkest van de Nederlandse Bachvereniging, Koorschool St. Bavo Haarlem en solisten o.l.v. Hans-Christoph Rademann. Gehoord op zater­dag 27 maart in de Sint Baafs in Aardenburg Nog te horen in Utrecht (30 en 31/3) en Naarden (1, 2 en 3/4).